hoofdmenu

Pedagogiek tussen Vrees en Vrede door Lennart Vriens

In de begintijd van de werkgroep TV geweld kwamen we in contact, het was in 1988, met deze toen juist gepubliceerde dissertatie.

Naast veel over de pedagogiek bevat het ook belangwekkende hoofdstukken waarin cultuur van geweld, vrede en geweldloosheid aan de orde komen.

In een oriënterende verkenning beziet Vriens de westerse cultuur als ontstaan uit joodse, christelijke, Grieks-romeinse, Keltisch Germaanse en Arabische elementen.

Deze hebben alle het denken over vrede en oorlog beïnvloed. Hij constateert dat het christendom, dat in Palestina ontstond, aanvankelijk als variant van het Jodendom en na het jaar 70 meer en meer een aparte godsdienst, een nieuw element opleverde in het denken over vrede, en wel geweldloosheid. De eerste christenen, in afwachting van de spoedige terugkomst van de Verlosser, waren pacifist.

In de eerste eeuwen in het Romeinse rijk was dienstweigeren voor het christendom geen probleem, oorlogvoering wel, want oorlog diende de zaak van de staat. Er was een loyaliteitsconflict tot keizer Constantijn zich tot het christendom bekeerde en tot de latere verheffing tot staatsgodsdienst. Toen kwam een einde aan de principiële stellingname voor geweldloosheid.

De auteur schetst vervolgens de dubbele moraal die via Augustinus en Thomas van Aquino het christelijk denken heeft beheerst. Het was de twee zwaarden- of tweerijkenleer. Vredeswil werd plicht voor elke christen, maar dan gericht op de directe omgeving, niet ten aanzien van de grote conflicten. Er was sprake van een door de verwereldlijkte kerk gesteunde oorlogscultuur. De kruistochten, de theorie van de rechtvaardige oorlog en kettervervolging zijn hier uitingen van, net zo goed als het zegenen der wapenen.

Met de humanist Erasmus (16e eeuw) kwam in de kerk een tegengeluid, zij het niet absoluut pacifistisch.

In de 18e eeuw deed met de 'verlichting' de rede in het mens- en wereldbeeld zijn intrede.

Vriens haalde in dit verband Kant aan die stelde dat oorlog geen natuurramp is die de mensheid zomaar overkomt, maar iets waarvoor de mens ook verantwoordelijk is. De oorlog dient overwonnen te worden door handhaving van een morele rechtsorde tussen democratische staten. Tegelijk is het ironie van de geschiedenis, aldus Vriens, dat Kant's ideeën t.a.v. democratie en opvoeding in de praktijk eerder aan oorlog werden gekoppeld (nationale milities sinds 1793).

Een soortgelijke ontwikkeling zou de auteur nog constateren voor het tijdsgewricht waarin, in vergelijking met de Middeleeuwen het geloof is teruggetreden ten gunste van de wetenschap.

Vriens is echter geen cultuurpessimist, gezien zijn verdere verhandeling over positieve vrede als concrete hoop. Daarbij zijn zijns inziens wel radicale veranderingen in de maatschappelijke structuren nodig. Kortheidshalve destilleer ik hierbij uit zijn betoog: een hoger federatief wereldgezag, democratie als levensstijl, begrenzing van de economische grootschaligheid.

Sprekend over 'Oost' en 'West', zijn boek is van vóór de val van de muur, constateert Vriens dat beide staatsvormen steunen op openlijk of verborgen geweld. Tevens rept hij over de bedreiging van beide door de autonome technologische vooruitgang.

Positief is de schrijver t.a.v. zowel de vredesbeweging, de milieubeweging als de vrouwenemancipatiebeweging.

Zij dragen bij aan bewustwording t.a.v. de bedreiging van het menselijk leven door onze moderne manier van leven .

Naar: Inhoudsopgave archief of Inhoudsopgave 't Kan Anders


Last Updated 21 maart 2000