hoofdmenu

De zigeuners

In Oostenrijk-Hongarije had Keizerin Maria Theresia de zigeuners vaste woonplaatsen gegeven. In 1782 ontstond daar een massaproces tegen 150 zigeuners, beschuldigd van kannibalisme. Een onderzoekscommissie, door Keizer Joseph II in allerijl erop afgestuurd, trof alle zogenaamde opgegeten personen springlevend aan. Het proces eindigde met vrijspraak en met rehabilitatie van degenen die door de gendarmes voorbarig waren opgehangen. Maar het verhaal van de beschuldiging had internationaal in de couranten van die tijd gecirculeerd en overal aanleiding tot pogroms tegen de zigeuners gegeven. Het waren de jaren van spanning voor de Franse revolutie. Men had behoefte aan zondebokken en het vermoorden van vogelvrijen werd immers niet vervolgd...

(Uit artikel in Vrij Nederland, 24-12-1971, door Lau Mazirel)

Pas tijdens een kampeertocht heb ik eigenlijk voor het eerst kennisgemaakt met zigeuners. Ze kwamen met hun wagens de plattelandscamping oprijden waarna de kleine kinderen er als eersten uitholden, bezweet en uitgelaten. Ze kregen een stel oude autobanden om mee te spelen en stortten zich joelend op het primitieve stukje speelgoed. Ik zag hier en daar een bloot kontje onder het rokje van enkele meisjes.

Maar het plezier duurde zeer kort; al na een minuut of tien was de politie ter plekke, gewaarschuwd door de kampeerders. De houten tafel, de drie stoelen, de autobanden en de kleuters waren snel weer opgeborgen in de gloeiend hete wagens onder het toeziend oog van politie en wat lacherige kampeerders. Wij (mijn dochter en ik) geneerden ons; we hadden liefst ook onze biezen gepakt, maar we verbleven nu eenmaal in de caravan van vrienden en de medekampeerders meenden ons zo in bescherming te nemen.

"... Wim Kok droeg een keppeltje bij de herdenking van de holocaust, een "jiddisch petje" en het sneed Adolf Weiss Mirando (Sinti, M.S.) door de ziel toen hij het zag op televisie." (Volkskrant 11-2-2000, interview Toine Heijmans)

In Tsjechië gaf onze reisleidster achteloos uiting aan haar gram over de zigeuners die het land immers terroriseerden! We hadden juist uitgebreid de Joodse begraafplaats bezocht en gehoord over het leed de Joden aangedaan. Dat ook zigeuners eveneens bij duizenden tegelijk waren omgekomen in nazitijd bleek het meisje niet te weten. En ik had de indruk dat ze mij ook niet geloofde, toen ik iets trachtte te verduidelijken.

Maar zijn wij Nederlanders zoveel beter?

"Een klein gebaar was genoeg geweest", zucht hij. "De premier hoeft van mij echt geen grote zigeunerhoed te dragen. Al had hij maar een nepviooltje van bloemen bij dat monument gelegd, zoiets - dan had ik gedacht: laat verder maar zitten." (Weiss Mirando)

De Sinti en de Roma vormen in Europa de laagste kaste binnen de maatschappij. Er valt heel wat goed te maken, onze morele en sociale schuld aan dit slechte imago is zeer groot. Wij erkennen de term "minderwaardig ras" niet meer, maar maken nu en dan nog wel een uitzondering voor zigeuners.

"Het verdriet van de oorlog, bleek hem maar weer, is Joods verdriet. Dat ook zigeuners huilen, laat de Nederlanders koud."

Toch lijkt eindelijk, begin 2000 , het roer, veel te voorzichtig, omgegooid te worden. Er komt iets van in de actualiteit, de dagbladen leveren een miniem beginnetje door het dramatisch lot van deze nomadische medemensen, voor wie geen enkele oorlog ooit eindigde, te belichten.

Lalla Weiss is "het gezicht van de Landelijke Sinti Organisatie". Ze vertelt: "Wij zijn de meest aangepaste mensen die jullie in dit land hebben. Wij eten jullie voedsel, wij spreken jullie taal, wij geloven jullie geloof. Maar zelfs dat kleine beetje ik wordt ons niet gegund. Zigeuners zijn vies, lopen op blote voeten, rijden in dure Mercedessen en zijn behangen met goud als waren ze kerstbomen. Zo is het beeld, nog steeds..."

Vreemder nog dan dit verschijnsel is ons op niets gegronde superioriteitsgevoel. Wat maakt ons beter dan hen? Het omgekeerde lijkt eerder het geval. Waar wij ons ronkend ongenoegen niet zelden op hondsbrutale wijze aan hen kenbaar maken, konden zij weinig anders doen dan al het verbale en lichamelijke geweld over zich heen te laten gaan. Ook zij hadden tegoeden op een bank. En vooral niet te vergeten hun sieraden en hun instrumenten (waaronder een Amati-viool). Zij roepen niet dat ze dit alles terug willen-nee, ze vragen na eeuwen vervolging erkenning en normale mensenrechten. En ze hebben gelijk, ons excuus is hard nodig.

Vorig jaar mocht muzikant Adolf Weiss Mirando een krans leggen bij de dodenherdenking in Amsterdam. Maar toen hij aan de beurt kwam, was iedereen al verdwenen en werd hem de weg versperd door de weglopende genodigden. Hij heeft de krans op straat gegooid. "Wij zijn zigeuners!", had hij geroepen. "Wij zijn weer de laatsten!"

Wanneer zal het dan toch eindelijk eens tot een begroeting komen tussen de zigeuners en ons? Hoe lang moeten ze nog wachten op ons begrip en normaal menselijk fatsoen?

M. Schreijers

Naar: Inhoudsopgave archief of Inhoudsopgave 't Kan Anders


Last Updated 21 maart 2000