Autoriteiten rond Volkel willen wet tegen Mariëtte

't Kan Anders
2001 nr. 3

hoofdmenu

inhoudsopgave

archief

over 'tKA

uw reactie

De autoriteiten rond atoombasis Volkel hebben de minister van justitie gevraagd om nieuwe wetgeving, die hen in staat stelt demonstranten af te schrikken door strengere straffen. De minister blijkt daar weinig voor te voelen, zo liet hij afgelopen januari per brief aan de burgemeesters van Uden en Landerd weten.

Volgens hem bieden bestaande wetten al genoeg mogelijkheden om vredesactivisten aan te pakken. Ook vraagt hij zich af of nóg strengere straffen de gewenste preventieve werking zullen hebben. Hij raadt de burgervaders aan, opnieuw te overleggen met de Stichting Atoomvrijstaat, 'en het zichtbaar plaatsen van (extra) camera's ten behoeve van de beveiliging van het terrein'. Hij veronderstelt van deze maatregelen 'een grotere preventieve werking'. Het opvolgen van dit ministeriële advies zal echter niet het gewenste effect hebben: de activisten zijn te zeer gemotiveerd om zich na hun jarenlange strijd gewonnen te geven. De brede beweging tegen nucleaire massavernietiging laat zich niet weerhouden, ook niet door camera's.

Het verlangen van de burgervaders, de politie, het openbaar ministerie in de regio, de marechaussee en de leiding van Volkel, om een eind te maken aan de anti-kernwapenacties, is niet in de laatste plaats gericht tegen Mariëtte Moors. In weerwil van alle arrestaties en intimidatie, verblijft zij al twee jaar veelvuldig op het bosterreinje van Atoomvrijstaat, dicht bij de basis. Maar wat al die tijd de samenspannende autoriteiten niet voorelkaar kregen - het wegjagen van haar en haar solidaire collega's uit Atoomvrijstaat - is nu het mond-en-klauwzeer-virus gelukt, zij het tijdelijk. Zodra de epidemie is uitgewoed, keert zij weer terug om haar werk voort te zetten.

Gerard van Alkemade