hoofdmenu

In gesprek met... Els Wiertz

foto Els Wiertz In deze serie trachten we o.a. een beeld te geven van de mens achter het geschrevene. Dat is niet moeilijk als je de zorgvuldig gekozen woorden en de heldere stem van de nu 80-jarige Dr. Els Wiertz-Boudewijn mag aanhoren. Een vitale persoonlijkheid wier uitspraken weloverwogen en vol inhoud zijn. Een boeiend vertelster, breed georiënteerd en van jongs af aan ingeleid in het Vredes-denken. Auteur van Theater voor Vrede (uitg. SVAG), waarin ze ook actief is geweest. Ze is ook publiciste in de Haagse Vredeskoerier en 't Kan Anders.

Het fruit groeit, sinds de laagstam-cultuur, niet meer tot in de hemel. Dat merk je tijdens de bustocht door een stukje Over-Betuwe naar het stadje Gendt. Als zo vele andere woonoorden: uit de voegen gebarsten. Door verkeerd beleid en B en W's die hun oren hebben laten hangen naar projectontwikkelaars en de 'economische vooruitgang'. Zo is ook hier het karakter van zo'n echt oud-Hollands standje helaas verdwenen.

Els Wiertz woont met haar al even gastvrije echtgenoot aan de rand van Gendt. Met vrij uitzicht op een grote paardenwei. Ze dragen beiden de natuur een warm hart toe.

In huis wordt je aandacht getrokken door een uitbundige bibliotheek en door haar twee passie: aquarelleren.

We steken na de koffie meteen van wal, dat wil zeggen ik laat Els Wiertz nu zelf aan het woord.

Op de lagere school moesten we altijd het krijgshaftige lied 't Is de plicht dat ied're jongen...' zingen. Ik was me toen al zo bewust van mijn nooit-meer-oorlog gedachte, dat ik mijn lippen stijf op elkaar hield. En toen ik later op 'De Kweek' zat was het voor iedereen duidelijk dat ik degene was die automatisch naar Vredesconferenties werd gestuurd. Zo heb ik altijd geleefd met een grote belangstelling voor toneel en anti-militarisme.

Ik heb jarenlang les gegeven in Aerdenhout op een lagere school, ondertussen de middelbare akten A en B Nederlands behaald -dat was heel hard werken- daarna zijn Gerrit en ik verloofd en getrouwd. We hadden elkaar 8 jaar niet gezien., wel vier jaar bij elkaar in de klas gezeten. Ik ben druk geweest met o.a. anti-atoombom en anti-Vietnam. In 1967 was ik verantwoordelijk voor het 'Comité voor de Vrede'. Met f 25,-- heb ik toen de organisatie op touw gezet. Tijdens de Vredesbijeenkomst lieten we sprekers met twee uiteenlopende, totaal verschillende opvattingen, nl. Hannes de Graaf en de heer J. V.d. Putten (van het Ministerie van Defensie) hun standpunten uiteenzetten om de zaal in discussie te krijgen. Een goede manier om mensen aan het denken te zetten! In een periode van lesgeven op de middelbare school, met volledig lesrooster, mocht ik in plaats van een stuk uit de bijbel te lezen (het was een christelijke school) een vredesprobleem aan de orde stellen. De directeur zei: "Als jij het doet, dan is het goed". Iedereen wist dat ik van de PSP was.

Eindexamenklassen lesgeven en vier eigen kinderen opvoeden, die steeds meer aandacht opeisten, dat werd me op den duur te veel. Ik was doodmoe en heb toen mijn baan opgezegd. Ik ging weer studeren: Theaterwetenschappen in Utrecht en Vredeswetenschappen bij de bekende Leon Wecke. Hierdoor werd ook mijn anti-militarisme weer gevoed. Ik maakte een scriptie over 'De weerslag van het pacifisme in de jaren 1918-1940. Mijn prof. was enthousiast: "Dat heeft nog nooit iemand gedaan". Mijn eindscriptie mocht in dezelfde sfeer geschreven worden. Daarna kreeg ik het aanbod om te promoveren. En zo is geschied.

Na mijn promotie wilde ik in de praktijk iets doen. Lezingen geven, artikelen schrijven, werken voor de SVAG **) aan de bibliografie. Dat werd me toch allemaal te zwaar. Toen ben ik, op verzoek van iemand die me op de Vredeskoerier wees, gaan schrijven over pas opgevoerde toneelvoorstellingen die over de problematiek van oorlog en vrede gaan. Aan de ene kant dus het wetenschappelijke en aan de andere kant, wat ik altijd heb willen doen, het doorgeven van die gedachten. Dat is wat ik nu nog doe met plezier. Ik verdiep me erg in de voorstelling die ik heb gezien, in de achtergronden, in de opbouw van het stuk, in het leven van de schrijver en in de thema's op het terrein van oorlog en vrede.

Het gaat er bij mij niet om dat we alleen maar anti-oorlog zijn, maar dat we op zoek gaan naar de oorzaken van oorlog en vrede.

En waar dus ogenschijnlijk zo'n stuk heel mooi is en alle mensen applaudisseren, gaat er bij mij een lampje branden en ga ik nadenken over wat voor thema's daar in zitten, in welke speelwijze het is opgevoerd en daarmee ga ik dan een aantal dagen/weken aan de gang.

Ik heb moeten leren hoe ik van m'n wetenschappelijke stijl naar een stijl kwam die voor iedereen prettig is om te lezen. Mijn man heeft altijd gezegd: "Schrijf nou zoals je het zegt!"

Door mijn lesgeven kan ik goed vertellen. Dan heb ik contact met mensen en zo heb ik me langzamerhand moeten voorstellen dat ik voor mensen schrijf met wie ik contact wil. Het gebeurt vaak dat ik toch nog in die betogende trant terechtkom.

Toneel is voor mij niet het weergeven van de dagelijkse werkelijkheid, zoals we dat op scholen deden. Het naspelen van scènes, dat is amateurisme. Voor mij is toneel dan pas kunst wanneer het een innerlijke bewogenheid tot stand brengt, wanneer het in die mens dus iets wakker maakt, hem beroert, waardoor hij voelt: dat heeft in mijn leven problemen gegeven, daarmee heb ik geworsteld en dat zegt die voorstelling mij nu in beelden die dat niet letterlijk weergeven, maar die daarvoor als het ware symbolen gebruikt zoals in "De Dienstlift" *)van Harold Pinter. Een heel actueel stuk. Als het goed is zien we niet de werkelijkheid van alle dag, maar de werkelijkheid in ons eigen leven.

Julius Caesar (JC) is zo'n stuk (zie het vorige nummer van ons blad 't Kan Anders). Dat heb ik door grote gezelschappen zien spelen. Prachtige decors, schitterende uniformen. Maar in de uitvoering van toneelgroep Aluin staat daar een JC die aangekleed moet worden, want anders is hij niks. En alles wat daar omheen gebouwd is laat zien hoe leeg een held is die de mensen zelf maken en hoe snel die verering van de ene held overgaat op een andere held!

Ik heb dit stuk gezien in de tijd van Kosovo, die vreselijke oorlog. En alle mensen maar achter die NAVO. Ja, dit moet gebeuren. Toneelgroep Aluin heeft dat er mee willen zeggen, niet letterlijk, maar het heeft vragen omtrent de dictator, zijn macht en invloed willen uitbeelden en doorgeven. De acteur speelt wel een JC, maar hij gaat zich niet vereenzelvigen met JC. Dan is het Kunst voor mij. Als je er dagen mee bezig bent, als het vragen bij je oproept, als het je helemaal in beslag neemt. Wie naar toneel gaat, hoeft helemaal geen pacifist te zijn om aan het denken gezet te worden. Over hoe geweld tussen mensen vorm krijgt, hoe mensen daarmee worstelen en op welke momenten, over de oorzaken van dat mensen geen eten hebben. Dat kun je op vredesbijeenkomsten bespreken. In het theater praten we er niet over maar leer je mensen kennen, die eronder lijden en hoe die innerlijke strijd gevoerd wordt.

Of de tragedie in Kosovo voorkomen had kunnen worden?

Als...als de mensen die sociale verdediging hadden kunnen uitoefenen,

als ze die geweldloosheid in de praktijk hadden kunnen brengen, ja... dat had het gekund.

Maar deze methode staat nog aan het allereerste begin. We moeten het steunen zo veel als mogelijk is en we moeten proberen dat in ons eigen leven in praktijk te brengen, gewoon tussen mensen in, ook in onze politieke beslissingen.

Dat duurt nog heel lang: die geweldloosheid bereiken. Ik ben niet optimistisch. Ik denk dat de moderne jeugd nog heel wat angstige spanning zal moeten doormaken want het is zo gemakkelijk, he: Je stuurt er mensen heen en ze doen wat hun van hogerhand bevolen wordt. Denk maar aan de dienstplicht!

Het geweld wordt prachtig weergegeven, zgn. precisie-bombardementen. Een vernietigende structuur. Heel griezelig allemaal.

En waar wordt het door geregeerd? Door geld, door de macht van het geld. De oorzaken liggen hierin, dat vele mensen niet eens genoeg te eten hebben!

Om nog even op het theater terug te komen:

Ik ben erg blij dat er tegenwoordig ook met allochtonen toneel gespeeld wordt. Door de groep Nieuw Amsterdam wordt dat al gedaan. Dat is een gunstige ontwikkeling.

Jan Baan

* toneelbeschouwing over 'De Dienstlift' staat in de Haagse Vredeskoerier.

** SVAG= Stichting voor actieve Geweldloosheid, Postbus 137, 8000 AC Zwolle (0384-216587).

Door Els Wiertz aanbevolen voorstellingen:

Naar: Inhoudsopgave archief of Inhoudsopgave 't Kan Anders


Last Updated 9 april 2000